Uit onderzoek blijkt dat managers gewaardeerd worden als ze zich goed kunnen verplaatsen in de werknemer.
Om je te verplaatsen in een ander, moet je weten wat jouw plaats is. Wat is jouw perspectief? Wat je hebt meegemaakt, waar en met wie, vormt je. Het zijn de normen en waarden vanuit je gezin, buurt en land. En dat alles bepaalt jouw ‘bril’ in elke situatie. (Zonder die bril zouden we trouwens gek worden; dan zouden we bij alles stilstaan en komen we de dag nauwelijks door.)
Dat maakt ‘verplaatsen in’ wel lastig. Als je situaties alleen herkent als je ze ooit zelf hebt meegemaakt, is verplaatsen in een ander dus eigenlijk bijna niet mogelijk.
Hoe doe je dat dan wel?
Verplaatst je liever niet in de ander, maar erken dat je geen idee hebt wat er bij de ander leeft. En vraag er gewoon nieuwsgierig naar.
Hoe doe je dat?
1. Vertraag in de belangrijke situatie of moeizame samenwerking.
2. Erken dat jouw perspectief op de situatie beperkt is.
3. Wees je bewust van jouw aannames, overtuigingen, normen en waarden: jouw perspectief.
4. Parkeer je perspectief.
5. Ga op onderzoek uit: ontdek de andere perspectieven en sta ervoor open.
Dan hoef je je niet te verplaatsen, maar hoor je de ander echt, en kom je samen tot een oplossing.
